maandag 18 augustus 2014

Kamperen deel 1 - regen en een beetje zon

Op de één of andere manier besloten we met een baby van nog geen drie maanden en een peuter van twee-en-een-half te gaan kamperen. Tja, kamperen is nou eenmaal verslavend, en als je ouders dan aanbieden om hun caravan met voortent en inhoud voor je op te zetten, is dat moeilijk te weerstaan. Zeker als het weer al minstens vier weken varieert tussen schitterend en bloedheet.

Dus boekten we een camping in het Limburgse Gulpen, en verheugden ons op een weekje chillen voor de caravan terwijl onze peuter zich op en top zou vermaken met zijn opblaasbadje, voetbal, emmertje en schep. Tussen de voedingen door zouden we boeken lezen, genieten van het buitenleven, en naar de speeltuin, het zwembad, of een dorpje verkennen. En als het zou regenen konden we naar het subtropisch zwemparadijs. Perfect!

Wat ik echter niet helemaal had ingecalculeerd, was dat ik de ochtend van vertrek superchagrijnig en moe zou zijn na een week van inpakstress, gebroken nachten en drie avonden zonder man. En dat mijn man al even moe en chagrijnig zou zijn van een veel te drukke week, al helemaal niet. Tel daarbij op de plotselinge weeromslag en het vooruitzicht van een hele week regen, en de stemming was gezet. Geen wonder dat zoonlief tijdens het opzetten van de voortent niet te genieten was. Daar zat ik dan in de caravan van mijn ouders, met een baby die honger had en een peuter die op de tafel tekende, alle knopjes en deurtje uitprobeerde, en zijn zusje sloeg om aandacht te krijgen.

Twee dagen later brak plotseling de zon door. Ons zoontje werd direct in zijn opblaasbadje gezet en ik wist niet hoe snel ik mijn stretcher moest opzetten. Maar terwijl ik nog even snel een handdoek uit de caravan ging halen, had onze ondeugd al met zijn gietertje mijn stretcher van een enorme plas water voorzien. Adem in... Adem uit... Oké, handdoek erover en ik merk er niks van. Nog even snel mijn boek uit de voortent halen, en bewapend met zonnebril en flesje water rende ik weer naar de stretcher, waar ik mijn peuter met zijn natte zwembroek bovenop mijn handdoek aantrof. Adem in... Adem uit... Oké, hoppa, peuter met een zwaai terug in zijn badje. En terwijl ik mijn ogen dicht deed en me probeerde te ontspannen op de nu toch wel natte handdoek, voelde ik in plaats van de zon, een ijskoud nat lijfje bovenop dat van mij belanden. Adem in...

Zijn gegiechel maakte veel goed, maar toen ik twee minuten later alweer de caravan inliep omdat zijn zusje begon te huilen, realiseerde ik me dat vakanties voorlopig niet meer zijn om uit te rusten en nieuwe stukjes van de wereld te ontdekken. Ze zijn er om de kinderen een mooie tijd te bezorgen en iets van de wereld te laten zien. "Geniet er maar van," zei de buurvrouw, "want voor je het weet zijn ze groot. Vakanties met zijn tweeën komen wel weer terug, maar de tijd dat je kinderen klein zijn maak je maar één keer mee." En zo is het.

Adem in... Adem uit...


Geen opmerkingen:

"We hebben wel verloren, maar we zijn het niet!"

Het was enkele minuten voor 2020 toen Claudia de Breij het glas hief tijdens haar oudejaarsconference. "Proost op de verliezers..."...