vrijdag 18 januari 2013

Hoe zou het zijn...

Dat bevallen pijn doet weten we. Maar dat groot worden ook nog “een hele bevalling” is, dat vergeten we soms bijna. Gelukkig maar, het is vast niet voor niets dat je geheugen in de eerste levensjaren nog niet werkt.

Luca had vijf tandjes in zijn mond toen hij vanmorgen weer eens op zijn kop in de speelgoedmand hing. Hij was er zo ver ingedoken dat zijn voetjes van de grond kwamen, vastbesloten om dat ene stuk speelgoed te pakken. Meestal is dit een teken dat hij zich uiterst vermaakt, zeker als dit gepaard gaat met een luid “tatatataaaaananananana PPRRRRRR”. Enzovoorts… Maar terwijl hij daar hing, verstomde zijn gebrabbel, en ineens slaakte hij een jammerlijke kreet. Even dacht ik dat zijn vingertje vast zat of dat hij niet meer overeind kon komen ofzo, maar voor ik het wist zat hij rechtop naast de witte mand, keek me geschrokken aan en slaakte nog zo’n kreet, terwijl hij zijn handje in zijn mond stak. Het was net of hij een soort van pijnscheuten kreeg, en waarschijnlijk kreeg hij die ook, want zijn wangetje was ineens vuurrood.

Inmiddels ligt hij in bed met koorts, twee knalrode wangetjes, en maar liefst zeven tandjes in zijn mond. Dirie uur slaapt ie al! En ineens heb ik weer tijd om te schrijven. Schrijven hoe hij zomaar ineens op de eerste trede van de trap was geklommen. Hoe hij iedere keer weer naar de spellenkast van papa en mama kruipt, om de bel van Halli Galli te pakken, de kaartjes van Kolonisten in zijn mond te steken of alle pionnetjes, kaartjes en poppetjes van het ‘Ik hou van Hollandspel’ over de vloer uit te strooien. Hoe hij super ondeugend naar me lacht terwijl zijn handje heel langzaam tóch weer naar de verboden spellen gaat. Hoe hij hartstochtelijk begint te huilen als ik hem in de box zet nadat hij tot drie keer toe mijn ‘nee’ heeft genegeerd. Hoe hij ‘mamamamamama’ jammert om aan te geven dat hij eruit wil.

En hoe hij begint te gillen van plezier als hij hoort dat ik het gordijn van zijn grote slaapkamerraam opendoe. Hoe hij supersnel naar het raam komt gekropen en verrukt naar de witte wereld buiten kijkt. Hoe hij in zijn handjes klapt als ik begin te zingen, en zwaait als hij het woordje ‘doei’ hoort. Hoe hij met twee handjes tegelijk zijn boterham opeet, waarna zijn hele gezicht, zijn mouwtjes en slabber onder de broodkruimels met stroop zitten. En hoe hij van oor tot oor grijnst als ik ‘kiekeboe’ doe. Of super trots met zijn vrije handje zwaait om te laten zien dat hij aan één hand staat. Of hoe hij het uit schatert wanneer ik een blokje op mijn hoofd zet en deze een paar seconden in evenwicht weet te houden voor hij op de grond valt.

Ergens is het toch ook wel weer jammer dat je geheugen zich pas na je eerste levensjaren ontwikkelt... Hoe zou het zijn om je die eerste jaren wél te herinneren...?

"We hebben wel verloren, maar we zijn het niet!"

Het was enkele minuten voor 2020 toen Claudia de Breij het glas hief tijdens haar oudejaarsconference. "Proost op de verliezers..."...